Het waarborgen van gendergelijkheid en gelijke rechten voor iedereen is een economische kwestie van eminent belang.

Door Nadia Calviño, Kristalina Georgieva en Odile Renaud-Basso 

LUXEMBURG – 'Inclusie' is misschien wel de treffendste manier om samen te vatten met welke uitdagingen en beleidsprioriteiten we vandaag de dag allemaal worstelen. Precies om die reden staat Internationale Vrouwendag daar dit jaar in het teken van. Een inclusieve en groene economische groei waar elk lid van de samenleving van profiteert, is een essentieel ingrediënt voor duurzame welvaart, sociale cohesie, concurrentievermogen én geopolitieke stabiliteit. Willen we er zeker van zijn dat klimaatactie en de digitale transformatie ook daadwerkelijk een duurzamere en veiligere wereld opleveren, is het van essentieel belang dat we met zijn allen de schouders zetten onder een rechtvaardige transitie waarin ruimte is voor de samenleving als geheel.

Het is ook economisch gezien enorm van belang dat we instaan voor gendergelijkheid en gelijke rechten voor iedereen. Uit onderzoek van het Internationaal Monetair Fonds (IMF) blijkt dat het bbp van opkomende markten en ontwikkelende economieën met bijna 8% zou kunnen stijgen als de genderkloof op de arbeidsmarkt wordt verkleind. Lukt het om de genderkloof volledig te dichten, zou het voordeel nóg groter zijn: daarmee zou het bbp in deze landen gemiddeld met 23% toenemen.

Kortom, diversiteit en een gelijke rol voor vrouwen in de economie, in de besluitvorming en in beleidsdiscussies leiden tot betere resultaten. Wanneer ál het beschikbare talent wordt ingezet, krijgen de productiviteit en het concurrentievermogen een flinke impuls, wat cruciaal is voor de strijd tegen klimaatverandering en voor het bevorderen van de wereldwijde welvaart. Dit is des te belangrijker in een tijd waarin het gecombineerde effect van de klimaatcrisis, de coronapandemie en Russische inval in Oekraïne het risico met zich meebrengt dat veel wapenfeiten die zeker leken, weer verdwijnen.

Dit jaar gaan vier miljard mensen van over de hele wereld naar de stembus. Het is dan ook belangrijk om stil te staan bij de grote, positieve impact van gendergelijkheid op elke samenleving. Zo is in onderzoek van de Europese Centrale Bank een correlatie gevonden: 1 procentpunt meer vrouwelijke managers bij een bedrijf leidt tot 0,5% minder CO2-uitstoot. Ook de Europese Investeringsbank concludeert dat bedrijven waar vrouwen aan het roer staan, hoger scoren op milieu, maatschappij en governance (ESG). Bovendien blijkt uit onderzoek van het IMF dat zulke bedrijven ook winstgevender zijn, terwijl meer gendergelijkheid in de raad van bestuur bij banken tot meer financiële stabiliteit en betere resultaten leidt. Op basis van dit alles kunnen we concluderen dat de grootste uitdagingen van onze tijd niet aangepakt kunnen worden zonder inclusie – in alle lagen van een organisatie én aan de top.

We zien duidelijke tekenen van vooruitgang. Momenteel richten steeds meer vrouwen een bedrijf op, ondanks het feit dat ze minder toegang hebben tot financiering. Uit gegevens van de Wereldbank voor 71 landen blijkt dat in 45 landen steeds meer bedrijven die in handen zijn van één persoon, onder leiding van een vrouw staan.



Hoe kunnen we voortbouwen op deze vooruitgang? Een onderzoek van de Europese Bank voor Wederopbouw en Ontwikkeling toont aan dat gemengde-financieringsprogramma's vrouwelijke ondernemers toegang bieden tot grotere leningen en ze kunnen helpen hun bedrijf uit te breiden.

Vrouwen bepalen of beïnvloeden in 80% van de gevallen welke consumptiegoederen er wel of niet worden gekocht. Bedrijven moeten de meningen en ervaringen van vrouwen dus goed meewegen als ze willen dat hun producten meer verkopen. Vrouwen zijn doorgaans bovendien milieubewuster en dat is ook een extra verklaring voor de groeiende vraag onder cliënten naar groene financiële diensten. Wereldwijd geeft een op de drie consumenten aan dat ze bereid zouden zijn tot wel 25% meer te betalen voor duurzame financiële diensten.

Dit brengt ons tot nóg een reden dat inclusie goed is voor het bedrijfsleven: uit onderzoek blijkt dat meer vrouwen in bestuursraden van bedrijven positief correleert met de informatieverschaffing over CO2-uitstoot. Ondertussen hebben vrouwen 40% van de wereldwijde rijkdom in handen en willen ze investeren in een duurzame toekomst. Zo'n 74% van de vrouwen geeft aan meer te willen gaan beleggen met aandacht voor milieu, maatschappij en governance (ESG), terwijl dat slechts voor 53% van de mannen geldt. Bedrijven die geen ruimte maken voor vrouwen, laten een kans liggen om voor te blijven op hun concurrenten.

Door de eeuwen heen hebben vrouwen strategieën ontwikkeld om met ongelijkheid om te gaan. Dit maakt vrouwen extra waardevol voor organisaties die de wereld willen veranderen. Dankzij de ervaringen die vrouwen in hun leven met uitsluiting en ongelijkheid hebben gemaakt, zien we eerder de noodzaak van verandering in en houden we meer rekening houden met het effect van bedrijfsactiviteiten of beleidsbeslissingen op anderen. Bovendien zullen landen met meer vrouwen in het parlement eerder milieuverdragen ratificeren en eerder beleid aannemen dat klimaatverandering aanpakt.

Vrouwelijk talent is een motor voor economische vooruitgang en een sleutel tot de klimaatoplossing. Vrouwen staan al aan het hoofd van een aantal van de invloedrijkste financiële instellingen ter wereld en spelen een steeds grotere rol in de politieke arena. Nu is het aan vrouwen om voorop te gaan in de transitie naar een inclusiever en duurzamer groeimodel. Er ligt een unieke mogelijkheid voor het grijpen om inclusie te bevorderen en anderen tot hetzelfde aan te zetten – en zo bij te dragen aan een betere wereld.



Dit artikel werd voor het eerst gepubliceerd door Project Syndicate.

Nadia Calviño is voorzitter van de Europese Investeringsbank. Kristalina Georgieva is directeur van het Internationaal Monetair Fonds. Odile Renaud-Basso is president van de Europese Bank voor Wederopbouw en Ontwikkeling.